Christine

Christine werd in 1995 ontvoerd door de rebellen van het Weerstandsleger van de Heer in Noord-Oeganda, samen met haar vader en oom. Ze was twaalf jaar. Ze werden meegenomen naar het buurland Soedan, een tocht van honderden kilometers. Onderweg werd haar vader bewusteloos geslagen omdat hij niet mee kon volgen. Hij overleed later aan zijn verwondingen. Christine moest haar eigen oom doodschoppen omdat hij gezwollen benen had.

In Soedan kreeg ze een militaire opleiding van drie dagen. Daarna werd ze ten strijde gestuurd. Ze zag ontelbare lotgenootjes sneuvelen op het strijdveld of omkomen van honger en dorst. In Soedan werd ze als 'vrouw' gegeven aan een van de commandanten. Hij verkrachtte haar gedurende jaren.

In 1998 werd Christine samen met een groep rebellen naar Oeganda gestuurd om dorpen te plunderen en kinderen te ontvoeren. Ze moest ook deelnemen aan het vermoorden en verminken van burgers, en dit door het afsnijden van oren, lippen en oren. Tijdens een gevecht met het regeringsleger wist ze te ontsnappen. Ze moest daarvoor een van haar lijfwachten doodschieten. De andere lijfwacht vuurde terug. De kogel ketste af tegen haar hoofd. Christine wist een legerpost te bereiken, waar haar wonde werd verzorgd.
Ze werd naar het opvangcentrum gebracht. Daar stelde een verpleegster vast dat ze zwanger was. Ze probeerde het kind en zichzelf te doden met een overdosis tabletten. De poging mislukte. Op 15-jarige leeftijd baarde Christine een meisje. Ze trok weer in bij haar moeder en probeerde als naaister aan de kost te komen. Maar niemand wou kleren laten maken bij een 'rebel'. Elke nacht ging ze met haar baby in het woud slapen, uit angst voor de rebellen. Omdat het kind voortdurend ziek was, bracht ze het terug naar het opvangcentrum.

Daar vertelde men haar over het sponsoringprogramma van de vzw. 'Kindsoldaten'. Sindsdien gaat Christine terug naar school. De vzw. betaalt haar studies en dat van haar dochtertje. Ze wil later geneeskunde studeren.

Ga terug