Meeste sponsorkinderen terug op school
21/03/2022 18:29
Wij zijn trots te kunnen melden dat - na twee jaar schoolsluiting – de meeste van onze sponsorkinderen terug zijn komen opdagen in hun respectievelijke scholen. Behalve diegenen die zijn afgestudeerd, zijn er relatief weinig leerlingen uitgevallen.
Oeganda kende de langste schoolsluiting ter wereld. In maart 2020 besliste de regering alle 15 miljoen schoolkinderen naar huis te sturen als maatregel om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan.
Het gezondheidssysteem was niet in staat om al die corona-patienten op te vangen, was de onderliggende redenering.
De maatregelen omvatten ook een avondklok van 7 uur, een tijdelijk vebod op alle openbaar en prive-vervoer en de sluiting van alle café’s, discotheken en arcades.
Deze draconische maatregelen hebben weliswaar geholpen om de corona-cijfers laag te houden. Midden maart 2022 telt Oeganda, met een bevolking van 45 miljoen, maar 3.600 COVID-19 doden.
Maar de sociale en economische tol zijn enorm. De overheid schat dat 30 procent van alle kinderen, of 4.5 miljoen, niet meer zullen terugkeren naar school. Veel meisjes zijn intussen zwanger geworden en zijn niet langer welkom in sommige scholen.
Dit dreigt een verloren generatie te worden, en de gevolgen inzake onderwijsniveau en tewerkstellingskansen zullen zich in de komende jaren laten voelen.
Het is daarom hartverwarmend dat deze kinderen geboren in het rebellenleger terug op het appel zijn verschenen. Het toont aan hoezeer ze hun studies of vakopleiding waarderen en die als enige uitweg beschouwen voor hun situatie.
Behalve het schoolgeld kregen onze kinderen ook een schoolpakket, bestaande uit een boekentas, schriften, pennen, potloden, toiletpapier en fotocopieerpapier. De meisjes kregen bovendien een pakket herbruikbaar maandverband.
Daarnaast betaalt de vzw dit jaar de studies hoger onderwijs van drie sponsorkinderen, Ali, Simon en Sylvester, die respectievelijk studeren voor laborant, leraar en landbouwingenieur.
Een ander sponsorkind, Thomas, begint aan zijn studies rechten maar vroeg ons te betalen voor een rijcursus zodat hij als chauffeur aan de slag kan en zo zijn eigen studies kan betalen.
Drie maanden geleden ontmoette ik ook Stephen en Belmos, twee jongens die 17 jaar lang waren ontvoerd en onlangs terugkeerden uit het rebellenleger.
Behalve in Oeganda en Zuid-Soedan hadden ze ook moeten vechten in Congo, de Centraal-Afrikaanse Republiek en Tjaad, waarbij ze allebei schotwonden opliepen.
Zij konden ons de laatste stand van zaken geven over het Verzetsleger van de Heer, dat blijft terreur zaaien in de regio.
Zo vertelden ze dat op het moment van hun ontsnapping rebellenleider Joseph Kony zich in Darfoer in Oost-Soedan bevond en leed aan diabetes.
Volgens deze ex-kindsoldaten krijgen de rebellen van niemand nog steun en vechten ze nu vooral voor overleving, door ivoor en goud te verhandelen.
“We moesten jagen op olifanten in het Garamba Nationaal Park. De slagtanden werden verkocht aan Arabieren in Darfur in ruil voor wapens en voedsel,” zei Belmos.
“We moesten ook Congolese mijnwerkers opwachten rond de goudmijnen van Nagera en Jambia, hen doodschieten en vervolgens hun goud afpakken.”
Het Verzetsleger van de Heer bestaat nu vooral uit ontvoerde Congolese kinderen, vertelden ze nog.
“De weinige Oegandezen voelen zich misleid en bedrogen door Kony en willen ontsnappen. Maar na de veroordeling van Dominic Ongwen door het Internationaal Strafhof vrezen ze hetzelfde lot te ondergaan.”
Omdat ze te oud zijn om terug te keren naar school, helpt de vzw Belmos en Stephen om een boerderij op te starten. Daarvoor kregen ze allebei landbouwwerktuigen en zaaigoed ten belope van 180 euro.
Onze inzet voor deze oorlogskinderen blijft mogelijk dank zij de steun van onze trouwe sponsors in Vlaanderen, waarvoor onze hartelijke dank!
Els De Temmerman